Patrick Lens
Maandag na de vijfde week van Pasen
Geloof je in dromen?
Hand, 16,1-15
Hij kwam ook in Derbe en Lystra. Daar trof hij een leerling die Timoteüs heette, zoon van een gelovige Joodse vrouw en een Griekse vader. Hij stond goed aangeschreven bij de broeders in Lystra en Ikonium. Paulus wilde hem meenemen op reis en liet hem besnijden met het oog op de Joden in die plaatsen, want iedereen wist dat zijn vader een Griek was. Op hun tocht langs de steden deelden ze ook daar mee dat ze zich moesten houden aan de besluiten die door de apostelen en oudsten in Jeruzalem waren genomen. Zo werden de gemeenten gesterkt in het geloof en met de dag namen ze in omvang toe.
Zij trokken verder door Frygië en de landstreek Galatië, omdat ze er door de heilige Geest van weerhouden werden om het woord te verkondigen in Asia. In Mysië gekomen probeerden ze door te reizen naar Bitynië, maar de Geest van Jezus stond hun dit niet toe. Ze reisden door Mysië en kwamen in Troas aan de kust. Daar had Paulus ’s nachts een visioen: er stond een Macedoniër voor hem die hem smeekte: ‘Steek over naar Macedonië en kom ons te hulp.’ Na dit visioen zochten wij terstond een gelegenheid om naar Macedonië te vertrekken, omdat wij eruit opmaakten dat God ons geroepen had om hun de goede boodschap te brengen.In Filippi11 Zo voeren we weg uit Troas en koersten regelrecht naar Samotrake en de volgende dag naar Neapolis. Vandaar gingen we naar Filippi, een belangrijke stad in dat deel van Macedonië, een Romeinse kolonie. In die stad bleven we enkele dagen. Op de sabbat gingen we de poort uit naar de rivier waar, dachten wij, de gebedsplaats was. We gingen er zitten en spraken de vrouwen toe die daar samengekomen waren. Er zat ook een vrouw te luisteren die Lydia heette, een godvrezende vrouw uit de stad Tyatira, die in purper deed. De Heer opende haar hart, zodat ze in de ban raakte van Paulus’ woorden. Toen zij zich met haar huisgenoten had laten dopen, nodigde ze ons uit: ‘Als u mij beschouwt als iemand die in de Heer gelooft, neem dan ook uw intrek bij mij.’ En zij drong er bij ons sterk op aan.