Vrij gemaakt om lief te hebben

Zij die Christus Jezus toebehoren, hebben de zondige natuur gekruisigd, met zijn hartstochten en begeerten. Als wij leven door de Geest, laten we ons dan ook gedragen volgens de Geest. We moeten niet verwaand zijn en elkaar niet voortdurend uitdagen en benijden.
(...)
Ga 5,24-26

Raphaël Devillers
42-50

Hier besluit Paulus de kleine ontwikkeling die hij in vers 13 was begonnen door de Galaten te herinneren aan hun roeping tot vrijheid. Hij corrigeerde hun infantiele afwijking : deze vrijheid wordt niet geleefd op een loopband maar op een terrein van felle strijd tegen de impulsen van het vlees. Zonder zijn toevlucht te nemen tot abstracties, maakte hij het enorme verschil duidelijk tussen de daden die door het vlees worden geleid en die welke onder de werking van de Geest worden uitgevoerd. 

Nu concludeert hij: "Zij die van Christus zijn, hebben het vlees met zijn hartstochten en verlangens gekruisigd". Het is opvallend hoe Paulus de gedoopten noemt: "die van Christus zijn" (reeds in 5:2). Het nieuwe geloof is niet in de eerste plaats een registratie in een kerk, noch een moreel programma, maar de gave van de eigen persoon aan Christus.  Net als Paulus moet de gedoopte kunnen zeggen: "Ik leef, maar het is niet meer ik, maar Christus die in mij leeft" (2:20). Hij staat niet langer onder de richtlijn van de wet, maar is verenigd met een persoon "die van mij hield en zichzelf voor mij overleverde" (2:20). 

"Die van Christus" vechten tegen het vlees: "ze kruisigen het" omdat ze weten dat Christus heeft aanvaard om gekruisigd te worden uit liefde voor hen en omdat Hij er levend uit is gekomen. Het beteugelen van de hartstochten van het vlees is geen dood maar een opstanding. 

En hij herhaalt wat hij al in vers 16 had gezegd: "Als we door de Geest leven, laten we dan het impuls van de Geest ook volgen.” (Gal. 5,25) 

Dus onze vrijheid is zeker, maar ongeformatteerd: "Als..." De verlokkingen van de hartstochten kunnen ons altijd verleiden en we kunnen de ingevingen van de Geest weerstaan. Christus heeft ons niet bevrijd uit de gevangenis van de wet om ons tot robots te maken. 

En hij eindigt met een waarschuwing: "Niet rennen voor ijdele glorie, geen onderlinge rivaliteit, geen afgunst". Dat laat zien dat het uiteindelijk om de liefde van broeders gaat.

Raphaël Devillers
Luik

Libérés pour aimer
0
Shares