50 jours pour vivre le temps pascal

Op weg naar een synodale kerk

Version française ci-dessous

Ignace D’hert

Op weg naar een synodale kerk: de slagzin voor allen die zich inzetten voor een levendige geloofsgemeenschap. Paus Franciscus is één van de voortrekkers. Opvallend is dat, want hij opent hiermee de weg naar een kerk waarin hij niet langer alléén aan het hoofd staat. Sterker nog, hij pleit voor een samengedragen verantwoordelijkheid waarin lokale kerken meer armslag krijgen. Geen paus  buiten of boven de kerk, maar een “primus inter pares” (de eerste onder gelijken). Hij sluit hiermee aan bij een verzuchting die reeds geruime tijd leeft aan de basis. Het seksueel  misbruik en de manier waarop daarmee is omgegaan zijn een onmiskenbare trigger die wijst naar een grondige hervorming van de kerkelijke structuren. De kerk is uiteraard geen democratie maar ze kan alleen maar haar profijt doen door een aantal democratische beginselen in haar schoot te integreren. In een recent document van de Duitse kerk wordt dit beginsel nog verder toegepast op heel concrete kerkelijke situaties. Het gaat onder meer over de gelijkwaardigheid van mannen en vrouwen, ook wat het kerkelijk ambt betreft. Of over de openheid voor de goddelijke openbaring die niet alleen te vinden is in de Bijbel en kerkelijke traditie maar ook in de tijdgeest en de geloofszin van de gelovigen (sensus fidelium). 

Vanuit deze achtergrond lezen we enkele teksten die licht kunnen werpen vanuit de beginsituatie van de Jezusbeweging. De lezingen brengen ons bij twee sleutelfiguren. Jezus en Paulus. Het is een gekende vraag die soms gesteld wordt: wie heeft nu eigenlijk de kerk gesticht? Het is duidelijk dat ze elk hun bijdrage hebben gehad in het ontstaan van de Jezusbeweging. De lezing uit het evangelie van Johannes en het fragment uit de Handelingen roepen heel verschillende betekenissen op. Beide staan aan de wieg van Jezusbeweging. Maar elk met een eigen inhoud en een eigen aanpak. Van Jezus weten we dat hij niet als “cavalier seul” is opgetreden. Hij heeft van in den beginne mensen rond zich verzameld als tochtgenoten en lotgenoten. Ze worden door hem op pad gestuurd. Niet als gezanten van een politieke droom. Niet om een nieuw instituut op te richten of een kerk te bouwen. Maar als getuigen van een nieuwe levensstijl. Die levensstijl hebben ze van Jezus geleerd. In het evangelie van Johannes vragen de leerlingen hem “waar houdt ge u op?” waarop Jezus antwoordt: “kom het zien”.(Joh 1,39). Door het vertoeven in zijn gezelschap geraken ze vertrouwd met de diepe inspiratie die hem beweegt en groeit er verbondenheid in de diepte. Dat drukt hij nogmaals uit in zijn afscheidsrede waaruit we vandaag lezen.  

Paulus heeft een heel apart parcours doorlopen. Aanvankelijk staat hij heel afwijzend tegenover die beweging die kort na Jezus’ dood begint vorm  te krijgen. Hij is een vrome jood die zijn leven situeert in het perspectief van de Tora. Hij vindt het maar niks, de manier waarop die nieuwe groep omgaat met de Tora en hij wil hen zelfs krachtdadig een halt toe roepen. Tot het moment waarop hij een nieuw inzicht krijgt en zich zelfs tot deze beweging bekeert. Jezus de verworpene, de gekruisigde, is door God tot leven gewekt. Dat betekent dat hij de Christus is. Zijn opstanding uit de dood is dan ook het begin van een nieuwe wereld waartoe allen groepen zijn. Hij beschouwt het als zijn roeping deze boodschap uit te dragen: de wijde wereld in. Die boodschap is te mooi om opgesloten te blijven binnen het klein groepje van joodse christenen in Jeruzalem.  

Petrus verbreidde het goede nieuws van Godswege tot aan de grenzen van het heilig land. Paulus en zijn gezellen spelen de hoofdrol in de verkondiging buiten de grenzen. Ze brengen het evangelie niet alleen aan de joden die her en der in Klein Azië leven maar ook onder de mensen die vreemde goden vereren. Lucas maakt nadrukkelijk melding in zijn Handelingen van de tegenkanting die Paulus en zijn gezellen te verteren hebben. Scheldpartijen en stenigingen, meestal op instigatie van de behoudsgezinde christen joden in Jeruzalem. Ondanks tegenkantingen bewerkt Paulus een transitie. Op weg naar een synodale kerk.  

Paulus herziet zijn positie ten aanzien van zijn joodse verleden. Hij verwerpt geenszins de Tora, zeker niet. Maar hij is ervan overtuigd dat de Tora zijn  vervulling vindt in de liefde. Zo had ook Jezus geleefd. Paulus en Jezus: samen  bewerkstelligen zij een overgang, een nieuw begin.  

Lezingen van de dag:

  • Hand.14, 21-27: Aansporing in het geloof te volharden
  • Apoc.21, 1-5a: Hij zal alle tranen van hun ogen afwissen
  • Joh.13, 31-33a.34-35: Een nieuw gebod geef Ik u

Vers une Église synodale

Ignace D’hert

Vers une église synodale : voici le défi de tous ceux et celles qui s'engagent à former une communauté de foi vivante. Le pape François en est l'un des pionniers. Cela est tout à fait remarquable car il ouvre la voie à une Église dans laquelle il n'est plus le seul leader. En fait, il plaide pour une responsabilité partagée dans laquelle les églises locales ont une plus grande marge de manœuvre. Il n’y a pas de pape en dehors ou au-dessus de l'Église, mais un "primus inter pares" (le premier entre les pairs). Il rencontre ainsi des aspirations de bien des chrétiens depuis un certain temps. Les abus sexuels et la façon dont ils ont été traités constituent un élément déclencheur indéniable qui appelle une réforme en profondeur des structures de l'Église. Bien sûr, l'église n'est pas une démocratie, mais elle ne peut que bénéficier de l'intégration d'un certain nombre de principes démocratiques. Dans un document récent de l'Église allemande, ce principe est appliqué à des situations ecclésiales très concrètes. Il y est question, entre autres, de l'égalité des hommes et des femmes, y compris dans le ministère de l'Église. Ou encore de l'ouverture à la révélation divine, qui ne se trouverait pas seulement dans la Bible et la tradition ecclésiastique, mais aussi dans l'esprit du temps et la foi des croyants (sensus fidelium). 

Les lectures de ce jour nous parlent de Jésus et de Paul. Elles nous confrontent à une question cruciale : qui a réellement fondé l'église ? La lecture de l'Évangile de Jean et l'extrait des Actes évoquent des approches très différentes. Jésus et Paul se trouvent bien entendu tous les deux au départ du « mouvement de Jésus ». Mais chacun avec sa propre approche. Nous savons de Jésus qu'il n'a pas agi en "cavalier solitaire". Dès le début, il a rassemblé des personnes autour de lui, en tant que compagnons de voyage et compagnons de souffrance. Il les a envoyés sur leur chemin. Pas en tant qu'émissaires d'un rêve politique. Pas pour établir une nouvelle institution ou construire une église. Mais en tant que témoins d'un nouveau style de vie. Ce style de vie, ils l'ont appris de Jésus. Dans l'Évangile de Jean, les disciples lui demandent : "Où te caches-tu ? ", ce à quoi Jésus répond : " Venez et voyez " (Jn 1, 39). En restant en sa compagnie, ils se familiarisent avec l'inspiration profonde qui l'anime et un lien profond se crée. Il l'exprime à nouveau dans son discours d'adieu, dont nous lisons un extrait aujourd'hui.  

Paul, quant à lui, a suivi un chemin très particulier. Au départ, il a persécuté les adeptes du mouvement de Jésus. En tant que pieux juif, il plaçait toute sa vie sous l’horizon de la Torah et n'aimait pas la façon dont ce nouveau groupe traitait la Torah. Jusqu'au moment où il a une nouvelle vision et se convertit à ce mouvement. Jésus, le rejeté, le crucifié, a été ressuscité à la vie par Dieu. Sa résurrection d'entre les morts est donc le début d'un monde nouveau pour tous les peuples. Il considère ainsi que sa vocation intime est de porter ce message au monde entier. Un tel message est trop beau pour qu’il reste enfermé dans le petit groupe de chrétiens juifs de Jérusalem… 

Pierre a répandu la bonne nouvelle de Dieu jusqu'aux frontières de la Terre Sainte. Paul et ses compagnons, quant à eux, ont joué un rôle déterminant dans la proclamation au-delà des frontières. Ils ont apporté l'Évangile non seulement aux Juifs d’Asie Mineure, mais aussi à tous les adorateurs de dieux étrangers. Luc mentionne explicitement dans ses Actes l'opposition que Paul et ses compagnons ont dû subir. Insultes et lapidations, le plus souvent à l'instigation des Juifs chrétiens conservateurs de Jérusalem. Malgré l'opposition, Paul effectue une transition…. vers une « église synodale » ! En effet, Paul transforme sa position concernant son passé juif. Il ne rejette pas la Torah, certainement pas. Mais il est convaincu que la Torah trouve son accomplissement dans l'amour. Jésus avait vécu de la même manière. Paul et Jésus : ensemble, ils opèrent une transition, un nouveau départ.  

Lectures du jour :

  • 1re lect. : Ac 14, 21b-27 
  • Ps : 144, 8-9, 10-11, 12-13ab
  • 2e lect. : Ap 21, 1-5a
  • Évangile : Jn 13, 31-33a.34-35 

Crédit photo : iStock / vm

0
Shares